Tirhas | Marc Mulders
‘Kunst laat je naar het leven kijken’, begint Marc. ‘Het geeft verdieping. Inzicht. Het vertelt iets over deze wereld.’ Ook Tirhas (16) en Marc hebben samen iets te vertellen. Dat doen ze met een gebrandschilderd glas-in-loodpaneel. ‘Glas-in-lood heeft een religieuze betekenis. Dat is wat Tirhas en mij verbindt: geloof.’ Het glas-in-lood van Tirhas en Marc toont een bloementafereel voor Maria. ‘Bloemen en religie zijn sterk met elkaar verweven. En het licht, dat vaak op prachtige wijze door glasschilderkunst heen schijnt, heeft natuurlijk ook een spirituele betekenis.’ Wanneer Tirhas in het atelier werkt, klinkt Eritrese muziek op de achtergrond. Klanken uit haar geboorteland. ‘Dat geeft haar rust. Ontroerend.’ Tirhas: ‘Het is mooi om hier te zijn, samen met Marc en Peggy [glazenier-kunstenares Peggy Hermans]. Ik leer veel en vind alles leuk om te doen.’ In de verkenfase heeft Tirhas met veel plezier geëxperimenteerd. Ze leerde allerlei technieken, zoals schilderen met emailverf op floatglas én het breken, zagen, snijden en slijpen van glas. ‘Hoe meer ze het doet, hoe meer ze durft en eigenwijzer ze wordt’, merkt Marc op. ‘Ik heb Tirhas kleurpotloden, prentenboeken en mandalaboeken gegeven, om verder mee te ontdekken. En we hebben gekleurde cirkels, mandala’s, op schalen geschilderd. Ook heeft Tirhas een glashanger van bloem en licht voor haarzelf gemaakt. Een kostbaar kleinood, als mooie herinnering.’
Joëlla | Sigrid Calon
Mensen ontmoeten elkaar met een reden… Of het wordt iets heel moois of het wordt een levensles. Zomaar een quote die Joëlla (17) aanspreekt. ‘Daarom gebruiken we ‘m in ons werk’, zegt Sigrid. ‘We maken een kunstenaarsboek over het leven van Joëlla. Een soort tijdsdocument, waarmee we vertellen wie Joëlla nu is. Wat maakt ze mee, wat zijn haar interesses, wie horen bij haar?’ Joëlla’s getatoeëerde polsen. Haar opa met een fantasiesnorretje en -bril. Een familieportret. Tickets van Bobbejaanland. Een paardenbloem. Facebookfoto’s. ‘Allerlei fragmenten uit Joëlla’s leven die we met behulp van een stencilprinter in beeld brengen’, vertelt Sigrid. ‘We maken er kleurrijke stencils of zeefdrukken van. We proberen zelfs Italiaanse pasta te printen, omdat Joëlla graag kookt en droomt van een eigen eettentje.’ Joëlla en Sigrid werken procesmatig, zonder van tevoren te bepalen ‘dít gaan we maken’. De weg ernaartoe is het allerbelangrijkst. Sigrid: ‘Spelenderwijs onderzoeken wat er ontstaat en de lol van het creëren, daar draait het voor ons om. Joëlla heeft een open blik. Ze durft op een andere manier te denken en staat open voor dingen die niet voor de hand liggen.’ Joëlla: ‘Sigrid helpt me goed bij het bedenken van iets. Opa met dat gekke snorretje is mijn favoriet. Echt supergrappig.’
Lidia | Ema Vaneková
Twee jonge vrouwen op een krukje in de Tilburgse binnenstad: een gezellig ‘onderonsje’ midden in de drukke winkelstraat. Hun vriendelijke blikken gericht op de voorbijgangers die vervolgens ook weer even over hun schouder kijken naar de twee Kunstkameraden. Het is dan ook een bijzonder beeld: de handen van Lidia [21] en kunstenaar Ema Vaneková [22] zijn, net als hun werkbroeken, een kleurig palet met vegen van olieverf.
Ema lacht: “Het is heel grappig, ik wist voor mezelf altijd dat ik niet kon samenwerken. Maar met Lidia ging dat juist heel goed. Ik heb wel gezocht naar hoe dat ik me dan als kunstenaar wilde verhouden. Ik denk dat het voor iedere Kunstkameraad een kans is om in de wereld van iemand anders te duiken dus we gingen zitten en hebben gekeken naar kunstboeken, naar ‘dit is wie ik ben, dit is hoe ik werk en ik stel Lidia de vragen die ik mezelf stel’.”
Lidia reageert “Ik kan veel meer als dat ik denk dat ik kan. Ik hoef niet persé goed te kunnen tekenen om een goed schilderij te maken. Dat heb ik van Ema geleerd, ik heb meer zelfvertrouwen gekregen. Ik heb veel bewondering voor haar. Ze werkt heel hard en ze kan op een grappige manier ook heel gek doen. Ema is heel erg lief.
Mohamed | Claudette van de Rakt
‘Een hele lieve en blije jongen’, vertelt Claudette over haar Kunstkameraad Mohamed (19) uit Somalië. Tijdens de eerste ontmoeting bezoeken de twee het Bredaas Museum waar Mohamed onder de indruk raakt van een portret van Andries van der Plaat. ‘Vooral het jasje van de Bredase stadhouder vond hij erg mooi en werd onze inspiratiebron om een 3-d zelfportret te maken.’
Met veel geduld hanteert Mohamed het soldeerapparaat om de gaten op te vullen in zijn 3-d hoofd. Claudette: ‘Het thema van het uiteindelijke werk is vrijheid. Dat thema komt op allerlei manieren terug. We zijn gestart bij de stadhouder die Breda uit handen van de Franse overheersers hield. Omdat Mohamed zelf ook deel uitmaakt van het kunstwerk -het is een performance geworden- verwerft hij vrijheden die hij als asielzoeker niet heeft. Hij reist als het ware als kunstwerk mee. De fysieke ontmoeting met hem is belangrijk onderdeel van het kunstwerk. Zijn kracht is te leven in het nu en open te staan naar de wereld om zich heen. Door een ontmoeting met Mohamed als onderdeel van het kunstwerk laten we het publiek anders kijken en ervaren.‘
Intizar | Johanna Schweizer
Intizar (tweede van rechts) en haar familie, foto: Pim Evers | Lighthouse Studio
Hoewel op Facebook een ander geboortejaar staat, houdt Johanna het er op dat haar Kunstkameraad Intizar 18 jaar is. Aanvankelijk is het meisje uit Irak zwijgzaam in het atelier maar ook nieuwsgierig en duidelijk in wat ze wel en niet wil. Johanna: ‘Via gebarentaal, tekeningen, een woordenboek van de bibliotheek, YouTube filmpjes en de vertaalapp op de telefoon zijn we veel over elkaar te weten gekomen. Ik heb boeken gelezen en gegoogeld over Yezidi’s, de bevolkingsgroep waartoe Intizar behoort. Via Facebook laat Intizar zien dat ze waardering voor mij en mijn werk heeft. We hebben echt een band opgebouwd.’ Johanna vertelt aanvankelijke geen verwachtingen te hebben van het project Kunstkameraden. ‘Maar als ik er op terug kijk was het heel intensief, hartverwarmend en ook verrassend. Na enkele bijeenkomsten afwachtend te zijn, is Intizar begonnen met tekenen; prachtig en fantasievol, heel ontroerend!’
De twee hebben als eindwerkstuk een leporello gemaakt, een in harmonicavorm gevouwen boekje. Johanna vertelt: ‘Een leporello heeft de beslotenheid van een boekje met de mogelijkheid om op een tentoonstelling een langer verhaal te tonen. Intizar heeft alles zelf getekend en het stelt een reis door droomland voor. De lange weg onderaan de pagina’s vormen de bindende factor. De gehaakte kaft in vorm van granaatappelboompjes zijn van mijn hand. Deze boompjes zijn een thema uit de eerste tekeningen van Intizar.’